Zo wordt mousserende wijn gemaakt

Mousserende wijn wordt gemaakt via een proces genaamd “méthode traditionnelle” of “méthode champenoise”. Dit is de traditionele methode die vaak wordt gebruikt bij de productie van hoogwaardige mousserende wijnen, zoals champagne. In dit artikel lees je alles over hoe mousserende wijn wordt gemaakt via het proces: “méthode traditionnelle”.

De basis wijn

Het proces begint met het maken van een basiswijn, die meestal licht, zuur en laag in alcohol is. Deze wijn kan worden gemaakt van verschillende druivensoorten, afhankelijk van de gewenste smaak en stijl van de mousserende wijn. Enkel van de meest voorkomende druivensoorten die worden gebruikt zijn: chardonnay, pinot noir, prosecco en moscato. Er zijn nog veel meer druivensoorten die worden gebruikt bij de productie van mousserende wijn. Dit is afhankelijk van de wijnregio en de specifieke wijnmakerij. 

De fermentatie

Na de eerste fermentatie wordt aan de basiswijn een mengsel van suiker en gist, genaamd “Liqueur de tirage”, toegevoegd. Deze toevoeging zorgt voor een tweede fermentatie in de fles. Tijdens deze tweede fermentatie worden koolstofdioxide gasbellen geproduceerd, die oplossen in de wijn en zorgen voor de kenmerkende bubbels. Na de tweede fermentatie wordt de wijn gerijpt op de droesem, ook wel “sur lie” genoemd. Dit betekent dat de wijn in contact blijft met de gistresten die tijdens de fermentatie zijn ontstaan. Dit proces kan enkele maanden tot enkele jaren duren, afhankelijk van het gewenste karakter van de mousserende wijn.

Rijping en riddling

Na de rijping wordt de mousserende wijn onderworpen aan een proces genaamd “remuage” of “riddling”. Hierbij wordt de fles geleidelijk gedraaid en gekanteld, zodat de gistresten naar de hals van de fles zakken. Dit vergemakkelijkt het verwijderen van de gistresten in het volgende stadium. Het verwijderen van de gistresten wordt gedaan door middel van “dégorgement”. De hals van de fles wordt bevroren, waardoor een ijsprop met de gistresten ontstaat. Vervolgens wordt de fles geopend, waardoor de druk in de fles ervoor zorgt dat de ijsprop wordt uitgestoten.

Afsluiting en rijping

Na het dégorgement wordt aan de mousserende wijn een “liqueur d’expédition” toegevoegd, een mengsel van wijn en suiker. Dit bepaalt het uiteindelijke smaakprofiel van de mousserende wijn. Na het toevoegen van de liqueur d’expédition wordt de fles afgesloten met een kurk en een metalen muselet om de druk te behouden. Ten slotte wordt de mousserende wijn nog een periode gerijpt in de fles, voordat hij klaar is voor consumptie. Het eindresultaat is een sprankelende en feestelijke wijn met levendige bubbels en een complex smaakprofiel.

Er zijn dus diverse processen om mousserende wijn te maken. Bij het proces genaamd “méthode traditionnelle” wordt er eerst een basiswijn gemaakt. De tweede stap is de fermentatie, wat daarna wordt gevolgd door rijping en riddling. Tot slot worden de wijnflessen afgesloten en nogmaals gerijpt in de fles. Het is belangrijk om te weten dat er dus nog meer processen zijn, zoals de “méthode charmat” waarbij de tweede fermentatie plaatsvindt in grote tanks in plaats van individuele flessen.